Eind vorige week voerden studenten aan de Franstalige universiteit ULB in Brussel actie. Ze protesteren tegen het feit dat het inschrijvingsgeld voor studenten uit ontwikkelingslanden verhoogt naar 4.175 euro (tegenover 835 euro voor studenten uit Franstalig België). Er waren al meerdere acties om hierover te sensibiliseren. De autoriteiten gaven daar geen gevolg aan. Een betoging afgelopen donderdag eindigde met de bezetting van het rectoraat van de ULB. Deze bezetting gaat door. Vandaag is er een algemene vergadering van de studenten voorzien.
Artikel door Julien, ALS-ULB
In een interview met de RTBF verklaarde een betrokken student: “Meer dan 4.000 euro inschrijvingsgeld is onhaalbaar. Met het huidige inschrijvingsgeld van 2.700 euro werk ik al 15 tot 20 uur per week als jobstudent bovenop mijn studies. Het leven is hier immers duur: huur, eten, kledij, … Het is moeilijk.”
De ULB hult zicht in stilzwijgen en schuift de hete aardappel door. Vicerector Marie-Soleil Frère rechtvaardigt de verhoging van het inschrijvingsgeld met het gebrek aan middelen. De financiering met gesloten enveloppe blokkeert de middelen voor het hoger onderwijs terwijl het aantal studenten toeneemt. Bovendien werden de subsidies vanuit de overheidsdienst ontwikkelingssamenwerking met ongeveer een miljoen euro afgebouwd dit jaar.
In plaats van op te komen voor meer publieke middelen, spelen de universiteiten de kaart van het neoliberalisme. Al wat kan verkocht worden, staat te koop: diensten (zoals schoonmaak, restaurants, bewaking, …) en gebouwen (onder meer aan ING, Sodexo of reisbureaus).
De vicerector denkt dat we ons vergissen en de overheid moeten aanspreken om meer middelen te eisen in plaats van actie te voeren aan de universiteit. Er zit een grond van waarheid in: de ULB is niet verantwoordelijk voor de publieke financiering van het hoger onderwijs. Maar waarom neemt de ULB geen initiatief om de studenten en het personeel te mobiliseren om meer middelen te eisen? De bestuurders van de universiteit moeten niet op zoek naar winstgevendheid maar moeten erover waken dat de infrastructuur toegankelijk is voor zoveel mogelijk studenten en dit zonder discriminatie.
We benadrukten het al tijdens de staking van het schoonmaakpersoneel op de grootste campus van de universiteit in maart: enkele een massale publieke herfinanciering van het onderwijs in belang van de studenten en het personeel kan een antwoord bieden op de problemen. Bovendien kan het de strijd verenigen. Het schoonmaakpersoneel bracht overigens een solidariteitsbezoek aan de bezetting van het rectoraat.
Binnen enkele maanden zal de ULB met verschillende onderaannemers onderhandelen over een contract voor de schoonmaak van de campussen. Het gaat om een budget van ongeveer 6 miljoen euro. De directie vroeg al een aanbesteding aan verschillende schoonmaakbedrijven. We zullen erop toezien dat de gelegenheid niet gebruikt wordt om de middelen voor de schoonmaak af te bouwen. Dit mag niet als pasmunt gebruikt worden voor een gedeeltelijke gelijkschakeling van het inschrijvingsgeld voor alle studenten. We moeten vermijden dat de ULB de middelen voor het inschrijvingsgeld voor buitenlandse studenten probeert te zoeken door te besparen op andere diensten zoals de schoonmaak.
We denken dat het noodzakelijk is dat de verschillende strijdbewegingen die de afgelopen jaren opdoken met elkaar verbonden worden: buitenlandse studenten tegen de hogere inschrijvingsgelden, schoonmaakpersoneel tegen de hoge werkdruk en het gebrek aan middelen en meer algemeen de universitaire gemeenschap tegen de vermarkting van het hoger onderwijs. Studenten en personeelsleden hebben dezelfde belangen en moeten samen opkomen voor een massale herfinanciering van het onderwijs.