Met een hels kabaal betoogden gisteren enkele duizenden studenten en personeelsleden in Gent om te protesteren tegen de hervormingen die onderwijsminister Vandenbroucke wil doorvoeren in het hoger onderwijs. Die hervormingen kunnen onder meer leiden tot een forse stijging van bepaalde inschrijvingsgelden (waarna de rest zal volgen). Bovendien zouden er minder middelen zijn voor richtingen die niet zo interessant zijn voor de bedrijven.
Uiteraard waren de Actief Linkse Studenten aanwezig op de Gentse betoging. We roepen ook op om deel te nemen aan de nationale betoging volgende week donderdag (6 december, 13u30 Brussel-Noord).
Weliswaar was deze actie veel kleiner dan de betoging van 10.000 studenten enkele jaren geleden, maar dat betekende daarom niet dat er minder potentieel aanwezig was. Integendeel! De eisen die her en der te bespeuren vielen, getuigden juist van een groter bewustzijn. Onze eis om het onderwijs te financieren met een bedrag dat op zijn minst 7% van het BNP bedraagt, vond opnieuw ingang onder brede lagen van de studenten. Verder werd het beeld gedomineerd door de eis om het plan Vandenbroucke naar de prullenmand te verwijzen.
Ook de Actief Linkse Studenten waren aanwezig. We konden gemakkelijk de stickers, die speciaal werden gemaakt voor de strijd tegen het plan Vandenbroucke, aan de studenten verkopen. Hierdoor liepen heel wat studenten met deze stickers rond, wat iets anders is dan de overvloed aan kleurige fluitjes die kort voor de betoging werden uitgedeeld. We spraken bovendien mensen aan die langs de zijlijn stonden en probeerden om interessante contactpersonen op te halen om zo de organisatie verder uit te bouwen en de strijd voort te zetten. Er was soms verrassend veel openheid voor linkse ideeën.
De fluitjes en de aanwezige muziekinstrumenten zorgden ervoor dat de betoging aan niemand onopgemerkt voorbijging. Maar net als de vorige betoging ontbrak het opnieuw aan een duidelijke leiding en richting voor de beweging. De organisatoren hebben de mogelijkheid niet benut om duidelijk concrete eisen naar voor te schuiven en reduceerden zo de betoging tot een lokale variant van de manifestatie die nog op 6 december in Brussel moet doorgaan. Dit heeft echter een mogelijke weerslag op het aantal studenten dat alsnog naar Brussel zal afzakken. Ook de beperkte tijd om de studenten op te roepen voor de betoging speelde in ons nadeel.
De Gentse betoging klonk strijdbaar, maar men geraakte niet verder dan het in brand steken van een pop die de minster van onderwijs moest voorstellen. De uitnodiging om naar Brussel te komen voor een nieuwe betoging werd ook niet door iedere student gehoord.
Het plan om aan het einde van de betoging het Gravensteen tijdelijk te bezetten, om zo met onze eisen in de kijker te staan, werd op het einde vermeden. Enkele linkse studenten en sympathisanten zijn dan maar overgegaan tot het kortstondig bezetten van een gebouw van de Artevelde hogeschool en een zitactie. Op dat moment had de betoging echter reeds aan al haar kracht verloren.
De media-aandacht voor deze betoging was beperkt, het had nochtans een mooie afwisseling kunnen zijn voor de communautaire crisis die de sociale en economische conflicten overschaduwt.