Gent. Meeting over de revolutie in Noord-Afrika en Midden-Oosten

Afgelopen woensdag organiseerden de Actief Linkse Studenten een succesvolle meeting aan de UGent over de revolutie in Noord-Afrika en het Midden-Oosten. 50 aanwezigen luisterden naar Brecht De Smet (Egyptekenner, onderzoeker van de vakgroep Studie van de Derde wereld) en Bart Vandersteene (woordvoerder van LSP).

 

De beweging die we nu zien in Noord-Afrika en het Midden-Oosten werd aanvankelijk in gang gezet door een wanhopige zelfverbranding van een jonge fruithandelaar in Tunesië. Al gauw is dit protest uitgegroeid tot een massaprotest tegen het dictatoriale Tunesische regime. Decennia van dictatuur, repressie en armoede als gevolg van corruptie en een hard neoliberaal beleid, zijn de voedingsbodem voor de massaprotesten. Na slechts enkele dagen van massabetogingen is het Tunesische regime van Ben Ali als een kaartenhuisje in elkaar gestort. De eerste successen van de Jasmijnrevolutie hebben ervoor gezorgd dat het protest zich verder heeft verspreid naar andere landen in de regio. Het protest nam de vorm aan van sociaal protest tegen regeringen, hoge voedselprijzen, erbarmelijke loon-en arbeidsomstandigheden, armoede,… Het lijstje met landen in de regio waar er protesten op gang zijn gekomen blijft ook vandaag nog steeds aangroeien. In Libië waar Khaddafi en zijn regime de plak zwaait, zijn er deze week tientallen doden gevallen door repressie tijdens betogingen. In Jemen, het armste land van de regio, wordt er al langer dan een week gedemonstreerd. In de burgerlijke media werd gesproken over een totaal onverwachte golf van protest, die vooral door de nieuwe internetmedia zou gevoed worden.

Tijdens de meeting werd duidelijk dat er reeds sinds jaren een groeiende sociale onvrede aanwezig is in de regio. Vooral dit gegeven is de aanzet tot de massaprotesten, samen met de internationale crisis van het kapitalisme. De rol van de sociale media beperkt zich eerder tot een mobilisatiemethode, die vaak overschat wordt aangezien slechts 5% van de Egyptenaren effectief gebruik maken van de sociale media.

In Egypte is Moebarak na 18 dagen van onophoudelijk massaprotest omver geblazen door de beweging. Ondanks het vertrek van Moebarak kunnen we echter nog niet spreken van een succesvolle revolutie. In Egypte zijn de sociale problemen die aan de basis lagen van de revolutie nog niet opgelost. De hogere legerleiding heeft een ‘zachte staatsgreep’ gepleegd na het vertrek van Moebarak. Hierdoor is de fundamentele basis van het regime nog steeds intact gebleven. Tijdens de meeting kwam het regelmatig naar voor dat de Egyptische massa’s geen vertrouwen mogen stellen in het staatsapparaat van de militaire generaals, de grote bedrijven en de grootgrondbezitters. De hogere legerleiding heeft alle belang bij het behoud van het huidige regime. Ze zijn volledig gebonden aan het Egyptische regime dat zich baseert op grootgrondbezit en kapitalisme, de legerleiders bezitten grote delen van de overheidsindustrie die onder het bewind van Moebarak werden geprivatiseerd.

De massabeweging in Egypte moet worden verdegezet en de druk moet verder worden opgevoerd. De opbouw van de nieuw opgerichte onafhankelijke vakbonden zou hierin een belangrijke rol moeten spelen. Op de werkvloer moeten er democratische actiecomités worden uitgebouwd, die nu alreeds in een embryonale vorm aanwezig zijn in een aantal fabrieken. Deze comités moeten een verbinding vormen met de buurtcomités in de arbeiderswijken van de Egyptische steden.

Tijdens de meeting stelden een aantal aanwezigen de vraag naar de rol van de Moslimbroeders. We kunnen stellen dat religie geen rol heeft gespeeld in de revolutie in Egypte. Er was een brede solidariteit en samenwerking tussen zowel moslims als christenen en andere religieuze gemeenschappen. De leden van de Moslimbroeders hebben een belangrijke rol gespeeld in de mobilisatie naar de massabetogingen, maar de leiding heeft er geen belangrijke rol gespeeld. Het programma van de Moslimbroeders is reformistisch van aard en stelt het kapitalisme en het grootgrondbezit niet in vraag. Verder mag er ook geen vertrouwen zijn in figuren zoals El Baradei, die voorstander zijn van meer ‘democratie’, maar in feite voorstander zijn van de voortzetting van het neoliberaal beleid.

De beweging in Noord-Afrika en het Midden-Oosten heeft het begrip revolutie na 20 jaar opnieuw op de orde van de dag gezet. Na de val van de Berlijnse Muur en de implosie van de Sovjet-Unie, leek het alsof het kapitalisme eeuwig zou blijven bestaan. Elk alternatief op dit systeem werd afgeschreven als onrealistisch, de arbeidersklasse in Europa zou verburgerlijkt zijn en niet meer te vinden zijn voor massaal verzet. Met de massabeweging die we nu zien in de Maghreb en het Midden-Oosten is er een mentaliteitsshift gekomen. In Egypte en Tunesië heeft de bevolking aangetoond dat ondanks brutale repressie verandering op korte termijn kan afgedwongen worden door middel van aanhoudende massabetogingen. Het is ook duidelijk dat de beweging in de regio allesbehalve voorbij haar momentum is. In Egypte nemen de massabetogingen in aantal af, maar wanneer de massa’s zullen inzien dat het nieuwe regime de sociale problemen niet kan oplossen, zal de strijd terug oplaaien.

 

Meetings over de revoluties:

     

  • Zaterdag 26 februari. Brugge. 18u, Hollandse Vismijn
  • Woensdag 2 maart. Antwerpen. 19u30, UA (Rodestraat)