Hoewel steeds meer jongeren een leidende rol spelen in verzet- en strijdbewegingen overheen heel de wereld, bestaat bij ons toch nog steeds het beeld dat jongeren apolitiek en apathisch zouden zijn en maar een zeer beperkte interesse zouden kunnen opbrengen voor politieke en maatschappelijke thema’s. Dat is ook niet verwonderlijk als je kijkt naar de manier waarop de huidige traditionele politici aan politiek doen en de maatregelen die ze naar voor schuiven en doorvoeren; maar het betekent niet dat de politiek geen invloed heeft op het dagdagelijkse leven van jongeren, integendeel.
Bovenop de verlaging van de levensstandaard die het gevolg is van dit asociaal beleid, worden jongeren ook geconfronteerd met besparingen die hen specifiek raken. Op het vlak van onderwijs, bijvoorbeeld, is er de afgelopen 20 jaar onophoudelijk bespaard, wat geleid heeft tot de huidige situatie van overvolle klassen, gebrekkige infrastructuur en een tekort aan middelen en personeel. Uiteraard is het dan niet mogelijk om jongeren bij het onderwijs en de samenleving te betrekken. Spijbelgedrag en jeugddelinquentie wordt in de hand gewerkt door de gebrekkige staat waarin ons onderwijs verkeert.
Ook onze ontspanningsmogelijkheden worden al jaren aangevallen. In naam van de commercialisering worden festivals, feestjes en concerten onbetaalbaar. Op lokaal vlak worden er enorme hoeveelheden gemeenschapsgeld geïnvesteerd in peperdure prestigeprojecten met toegangs- en consumptieprijzen die normale jongeren lang niet kunnen betalen. Ondertussen verloederen en/of verdwijnen jeugdhuizen en worden cafés die een bepaalde subcultuur bedienen de stad uitgejaagd. De vermarkting van onze ontspanningsmogelijkheden is in het kapitalisme een evidentie geworden.
Jongeren die proberen om zich nog wel op een betaalbare manier te ontspannen, worden geterroriseerd met GAS-boetes en repressie. In ‘probleemwijken’ (lees: wijken waar weinig kapitaalkrachtige jongeren wonen) worden sluitingsuren opgelegd aan de lokale cafés. Jongeren die dan op een bankje op straat gaan zitten, worden er weggejaagd met asociale GAS-boetes of erger.
In een dergelijke situatie, waarbij jongeren steeds meer beroofd worden van hun toekomstperspectief en ontspanningsmogelijkheden, kan het ons niet verwonderen dat een steeds grotere groep jongeren zich afkeert van deze maatschappij en haar instellingen. Dat verklaart ook waarom je onder jongeren vaak het argument hoort dat de gemeenteraadsverkiezingen hen niet interesseren, omdat ze toch niets te zeggen hebben en er toch niets verandert. Dat klopt ook deels: met de traditionele partijen verandert er inderdaad niets en zullen de aanvallen tegen jongeren vanuit de politiek onverminderd verder gaan.
LSP pleit voor een ander beleid. Wij verzetten ons tegen de besparingslogica van het kapitalisme en haar partijen. Wij denken niet dat jongeren moeten opdraaien voor de crisis die een handvol kapitalisten en bankiers heeft veroorzaakt. Er is geld genoeg, ook op lokaal niveau, om te investeren in de toekomstperspectieven en het dagdagelijks leven van jongeren; we moeten het alleen halen waar het zit. Niet uit de zakken van de werkende bevolking en de jongeren zelf, maar bij hen die de crisis veroorzaakt hebben en er nu nog rijker van worden: de kapitalisten. Bovendien moet er opgehouden worden met het organiseren van gigantische en onbetaalbare massaspektakels en moet er geïnvesteerd worden in de ontspanningsmogelijkheden van jongeren.
Daarom nemen we met LSP deel aan linkse en rebelse lijsten. Zo staan jonge leden van ons op de lijsten van Rood! in Antwerpen en Gent. We willen duidelijk maken dat een socialistische gemeentepolitiek voor ons geen abstract gegeven is, maar iets dat we concreet in de praktijk willen brengen. Tegelijkertijd denken we ook dat jongeren geen fundamentele verandering van hun situatie kunnen bekomen onder het kapitalisme; daarom is het ook belangrijk dat iedereen die zich vragen stelt, zich politiek engageert.