Recent verlaagde minister Milquet (CDH) de minimumleeftijd voor Gemeentelijke Administratieve Sancties (GAS) naar 14 jaar en werd het maximumbedrag voor de boete opgetrokken tot 175 euro voor minderjarigen en 350 euro voor volwassenen. De zogenaamde ‘socialistische’ burgemeesters van Gent en Antwerpen toonden hun ware gelaat met hun pleidooi om de minimumleeftijd naar 12 jaar te verlagen. Wat is het volgende: GAS-boetes in de crèches?
Met de GAS-boetes kunnen lokale besturen hun eigen regelgevingen in elkaar knutselen en de gemeentekas spijzen. Naargelang van wat de bestuurders als overlast beschouwen, kunnen sancties opgelegd worden voor rondhanggedrag, het foutief gebruik van publieke zitbanken maar even goed tegen protesterende actievoerders. Jongeren worden bij het minste door het bestuur als misstap omschreven feit als criminelen behandeld en zonder veel mogelijkheid van wederwoord aan de willekeur van het lokaal beleid onderworpen.
De willekeur van de GAS-boetes wordt officieel gerechtvaardigd met het argument dat overlast wordt bestreden. Maar dergelijke boetes werden ook al meermaals opgelegd aan betogers die protesteerden tegen het establishment. Het opvoeren van de repressieve mogelijkheden ligt in de lijn van wat heel wat andere landen doen. Het groeiende verzet tegen de dieper wordende economische crisis en de asociale gevolgen ervan worden beantwoord met repressie. Jongeren die als gevolg van de crisis steeds meer een ‘verloren generatie’ vormen, moeten hun mond leren houden en braaf tussen de lijntjes kleuren. Zoniet krijgen ze te maken met GAS-boetes.
Terwijl de administratieve sancties van de fiscus tegen grote fraudeurs worden afgeschaft, worden de sancties tegen jongeren, werkenden en uitkeringstrekkers drastisch uitgebreid. Het maakt de prioriteiten van de regering duidelijk. Waar de administratieve sancties van de fiscus tegen grote fraudeurs gepaard gingen met een gerechtelijke procedure en uitspraak, wordt iedere schijn van onafhankelijkheid bij de GAS-boetes achterwege gelaten. De gemeente bepaalt de regels, de verbalisering, de sanctionering en zelfs het beroep tegen de sanctionering. De gemeente is zowel regelgever, betrokken partij als rechter. Het gebrek aan middelen bij justitie wordt daarvoor als argument ingeroepen. In de besparingsdrift wordt er ineens ook maar op onze democratische rechten bespaard.
De kapitalistische afbraakpolitiek leidt tot een stijgende werkloosheid. Met 14% jongerenwerkloosheid halen we in België nog niet het niveau van Spanje of Griekenland, maar er is wel een forse stijging. Sinds het begin van de economische crisis kwamen er in Europa maar liefst 5,5 miljoen jonge werklozen bij. Samen met de afbraak van publieke diensten en jongerenvoorzieningen, de dure huisvesting en het gebrek aan degelijke jobs zorgt dit voor een uitzichtloze situatie. Er wordt zelfs gesproken over een ‘verloren generatie’ die geen plaats vindt in de samenleving. Agressie en criminaliteit vinden in deze uitzichtloosheid een uitstekende voedingsbodem.
Met de GAS-boetes worden de armste lagen het hardst getroffen. Met een maandloon van meer dan 11.000 euro kan minister Milquet haar kinderen veel meer laten permitteren dan de 1 op 5 kinderen die in armoede opgroeien. Voor die laatsten weegt 175 euro een pak zwaarder op het gezinsbudget dan voor wie rijke ouders heeft.
Natuurlijk moeten echte overlast en criminaliteit worden aangepakt. Maar dat zal niet gebeuren door jongeren en armen te viseren en te criminaliseren. Een sociaal beleid zou erop gericht zijn om jongeren een toekomst te geven door te investeren in kwaliteitsvolle jobs, voldoende jongerenvoorzieningen, degelijk en gratis onderwijs, betaalbare recreatie,… Ieder gemeentebestuur kan daar verantwoordelijkheid in opnemen. Daarnaast zou overlast moeten aangepakt worden door bemiddeling en overleg, niet eenzijdig met repressie. Met GAS-boetes en repressie kunnen jongeren geen toekomst uitbouwen, met degelijk onderwijs, openbare diensten en goede jobs kunnen is dat wel mogelijk.