De afgelopen maanden bleven er tal van rampberichten verschijnen over de toestand van ons milieu. Zo wordt verwacht dat er tegen 2050 maar liefst 700 miljoen klimaatvluchtelingen zullen zijn (1). Dat betekent dat zowat 10% van de wereldbevolking op de vlucht zal moeten voor overstromingen, droogte,… Terwijl de ramp zich voltrekt, wordt niets gedaan aan de vervuiling of de klimaatveranderingen.
We kunnen er niet op rekenen dat de regeringen zomaar iets zullen ondernemen. Ze zijn immers met handen en voeten gebonden aan de belangen van diegenen die zij vertegenwoordigen. En dat zijn niet wij allemaal, maar een kleine minderheid van multinationals, grote aandeelhouders en grote patroons.
Voor hen vormen natuurrampen geen catastrofes, maar “opportuniteiten”. Het zijn momenten die kunnen worden aangegrepen om projecten door te voeren die anders op te veel weerstand zouden botsten. Die vaststelling wordt uitgewerkt in het boek “De shockdoctrine. De opkomst van rampenkapitalisme” van Naomi Klein. Twee voorbeelden uit dat boek hebben specifiek betrekking op de gevolgen van natuurrampen in een wereld die in handen is van een kleine groep superrijken.
Katrina en de tsunami van 2004: gouden kansen voor investeerders
In 2005 liet de orkaan Katrina een spoor van vernieling achter zich in New Orleans (VS). De orkaan leidde officieel tot 1.836 doden en 705 vermisten. Het was een echte ramp, maar niet voor de zakenwereld. Eén van de rijkste immobiliënmakelaars uit de stad verklaarde: “We vertrekken opnieuw van nul af aan en beginnen met een leeg blad. Dat biedt ons enorme kansen.” (2). Hij was niet de enige die zo dacht.
De grote goeroe van het neoliberalisme, Milton Friedman, schreef in de Wall Street Journal: “De meeste scholen in New Orleans zijn met de grond gelijk gemaakt, net als de huizen van de kinderen die er school liepen (…). Dat is een tragedie. Maar het biedt ook een kans om het onderwijssysteem ingrijpend te veranderen.” (2) De term “ingrijpend” was nog zwak uitgedrukt. Anderhalf jaar later waren bijna alle publieke scholen in New Orleans vervangen door private scholen. Deze privéscholen zijn natuurlijk duurder, het personeel kent er minder rechten en krijgt een beperkter loon. De leraars in New Orleans hadden het over “het toepassen van huizenspeculatie in de onderwijswereld.”
Eind 2004 werd Zuidoost-Azië getroffen door een tsunami die 250.000 slachtoffers eiste en 2,5 miljoen mensen dakloos maakte. “De tsunami heeft het kustgebied vernietigd als een grote bulldozer. Dat biedt onverhoopte kansen voor de bouwpromotoren die geen ogenblik hebben getwijfeld om van de kansen te profiteren”, schreef een journaliste in de International Herald Tribune. Er werden nieuwe vakantiecentra gebouwd voor buitenlandse toeristen, maar intussen waren er geen middelen voor de heropbouw van de dorpen van honderdduizenden vissers langs de kust.
De winsthonger doodt de planeet
Dat zijn slechts twee voorbeelden waarbij de regeringen medeplichtig waren aan de plundering door bouwpromotoren en andere bouwbedrijven die daarbij konden rekenen op belastingsverminderingen, soepele regels inzake arbeidsvoorwaarden,… Als er wordt gesteld dat we bij moeilijke situaties allemaal de buikriem moeten aanhalen, wordt het begrip “allemaal” beperkt tot de werkenden en hun gezinnen. De bedrijven maakten recordwinsten en zagen rampen als kansen.
Zolang de bedrijfswereld het voor het zeggen heeft, zal de bescherming van het milieu altijd ondergeschikt zijn aan de winsten. De economische crisis versterkt dit enkel nog meer. In 2008 daalde het aantal ecologische investeringen (die overigens niet echt ecologisch zijn) met maar liefst 50% (3). Bij de overheid ligt de situatie een beetje anders, maar ook daar zien we dat zogenaamd ecologische maatregelen vaak neerkomen op verdekte steun aan bedrijven in moeilijkheden (bijvoorbeeld met steun aan de automobielbedrijven om milieuvriendelijker wagens te produceren).
Als we willen strijden tegen de snelle ondermijning van ons milieu, dan moeten we de controle op de samenleving uit de private handen halen. De sleutelsectoren van de economie moeten onder gemeenschapscontrole worden geplaatst en de economische productie moet het resultaat zijn van een democratische planning die wordt opgemaakt door de arbeiders en de gemeenschap om zo de bestaande rijkdommen optimaal te kunnen benutten in het belang van de meerderheid van de bevolking en niet in het belang van een kleine minderheid zoals nu het geval is. Dat zou de enige manier zijn om ieders talenten en de immense mogelijkheden op wetenschappelijk en technisch vlak in te zetten voor de gemeenschap.
Noten
- In search of Shelter, studie van Care-International, United Nations University Institute for Environment and Human Security (UNU-EHS) en de universiteit Columbia in New York
- Naomi Klein, De shockdoctrine. De opkomst van rampenkapitalisme.2008, 15 euro
- Studie van Deloitte & Touch en Cleantech Group