De afgelopen weken heeft het regime de controle in Teheran opgedreven. Er werden heel wat leden van de basiji-milities en de revolutionaire garde ingezet om onder meer belangrijke pleinen de controleren. Volgens de commandant van de revolutionaire garde was dat een operatie tegen drugsmokkelaars.
De belangrijkste oppositieleiders riepen op tot rust. Mousavi stelde dat “13 Aban” (gisteren) kalm moest blijven. Karoubi verklaarde te willen deelnemen aan een rustige betoging of een stille optocht. Khamenei en Ahmadinejad hadden brutaal en openlijk gewaarschuwd voor eventuele acties. Ze gebruikten daartoe de media en het vrijdaggebed.
Op 4 november waren alle straten rond het Enghelab-plein en de omgeving van de universiteit afgesloten. Enkel de soldaten mochten er nog passeren. Het hele centrum van Teheran en van andere grote steden werd gecontroleerd door het leger en milities.
Toch kwamen de studenten om 8u30 bijeen om te protesteren. Ze riepen slogans tegen Khamenei, Ahmadinejad en de dictatuur. De studenten trokken op straat en protesteerden onder meer bij de Verenigde Naties. De revolutionaire garde nam de jongeren onder vuur en zette onder meer traangas in.
Rond de middag waren er concentraties op verschillende centrale plaatsen in Teheran, onder meer Karimkhanstraat, 7 Tirplein, Taleghani, Enghelabplein, Azadistraat, enz. Het kwam daarbij tot scherpe confrontaties met de politie, leger en milities. Rond 15u waren er al meer dan 250 mensen afgevoerd naar ziekenhuizen.
De centrale slogans van de betogers waren voor vrijheid en gelijkheid, weg met Ahmadinejad en Khamenei, weg met de dictatuur. Er waren ook slogans als “arbeiders, studenten, eenheid”. Hier en daar waren er ook slogans tegen Rusland. Slechts twee groepen betogers (op het 7 Tirplein en het Enghelabplein) riepen slogans voor Mousavi.
In de steden Shiraz, Mashhad, Ishafan, Tabriz, Rashat en een aantal kleinere steden waren er eveneens betogers. In Ishifan werd de Iraanse vlag verbrand. In Teheran werden foto’s van Khamenei vertrappeld. Overal werden slogans aangebracht: op muren, deuren, verkeersborden,…
Op het Enghelabplein in Teheran was er een goede aanwezigheid van arbeiders uit fabrieken rond Teheran. In Ahvaz gingen de oliearbeiders in staking. Ze vernielden de borden van de officiële islamitische vakbond om deze te vervangen door spandoeken van een onafhankelijke vakbond.
Bij de acties was het opvallend dat er een groeiend verschil is tussen de leiders van de “groene beweging” en de betogers zelf. Mousavi verklaarde samen met Karoubi dat de betogers het best vreedzaam naar huis zouden gaan. Ze suggereerden ook dat de betogers aangevuurd worden vanuit het buitenland. Obama greep de acties aan om nogmaals te eisen dat Teheran de deuren zou openen voor het westen, voor de grote bedrijven dus.
De arbeiders en jongeren die op straat komen, hebben de mogelijkheid om de maatschappij te veranderen. Daartoe hebben ze nood aan een politiek programma en democratische structuren om het protest te organiseren.