In een tijdspanne van slechts 25 uur brak massaal protest uit in Talaz in het noorden van Kirgizië en verspreidde deze beweging zich doorheen het land. De hoofdstad Bishkek kende een massale opstand waarbij de autoriteiten er ondanks brutale repressie niet in slaagden om de massa’s van de straat te houden. Regeringsgebouwen werden ingenomen en wapens veroverd om de politie van antwoord te dienen tot deze overliep naar de opstandelingen. Tegen ‘s avonds had de regering ontslag genomen en was president Bakijev de hoofdstad ontvlucht.
Bakijev vertrek met zijn vliegtuig vanop de Amerikaanse luchtmachtbasis Manas aan de rand van de stad. Er werd gesteld dat hij naar de stad Osh trok in het zuiden, vlakbij de Kazachse hoofdstad Almaty. Deze snelle gebeurtenissen vormen een waarschuwing voor alle dictatoriale regimes in Centraal-Azië en de voormalige Sovjetunie. De toename van oppositie leidt er overal tot meer repressie. Oppositieleider Edil Baisalov verklaarde vanuit ballingschap: “We zien een klassieke volksopstand. Dit is een revolutie en het is bloedig.” De verantwoordelijkheid legde hij bij de autoriteiten: “Dit is wat er gebeurt als je het deksel te strak op een kokende pot wil houden – dan ontploft alles.” (Financial Times 8 april).
President Bakijev kwam slechts vijf jaar geleden aan de macht na de zogenaamde “Tulpenrevolutie” toen de pro-kapitalistische oppositie zich baseerde op het enorme ongenoegen onder de Kirgizische bevolking om toenmalig president Akijev van de macht te verdrijven.
Destijds stelden we over deze beweging: “de ‘macht van de straat’ volstaat om regeringen neer te brengen, maar het volstaat niet om een alternatieve regering te vormen die in staat is om een einde te maken aan corruptie en armoede in de regio. In Kirgizië is Akajev moeten vluchten, maar hebben zijn voorheen loyale luitenanten het roer overgenomen.” Dit is effectief wat er gebeurd is en wat we ook nu zien: heel wat oppositieleiders waren voorheen actief in de regering van Bakijev.
De woede is groot naar aanleiding van de corruptie en het favoritisme dat groter werd onder Bakijev. Het land staat nu in de top 20 van meest corrupte landen. Bakijev’s broer was hoofd van de veiligheidspolitie en zijn zoon van het Centraal Agentschap voor Ontwikkeling, Investeringen en Vernieuwing. Dat agentschap werd recent de belangrijkste aandeelhouder van de goudmijn “Kyrgyzalten” – een bedrijf dat een belangrijke rol speelt in de industriële productie van Kirgizië. Er kwam zelfs een voorstel om de grondwet te veranderen opdat het presidentschap een positie zou worden die erfbaar is binnen de familie van de president.
Voor Bakijev aan de macht kwam, had het land een reputatie dat het relatief democratisch was. Dat was niet evident voor een klein land dat wordt omringd door China, Oezbekistan, Kazachstan en Tadjikistan. Het is niet zo dat het neoliberale regime dat na 1991 aan de macht kwam niet repressief was, maar wel eerder dat het staatsapparaat te zwak en te verdeeld was om efficiënte maatregelen te nemen. Sinds de overwinning van Bakijev werd de staatsmachine steeds meer gecentraliseerd en nam de president stilaan een dictatoriale machtspositie in.
Enorme armoede
De achtergrond van de gebeurtenissen in Kirgizië bestaat uit enorme armoede. Een gemiddeld maandloon bedraagt 30 tot 50 dollar en de regering kondigde dit jaar nog aan dat de elektriciteitsprijzen zouden verdubbelen en de prijs voor verwarming zou vervijf- tot vertienvoudigen! De enorme armoede vormde een belangrijke factor in de huidige protestacties.
Het begon met acties in de noordelijke stad Talas. In een poging om terug te keren naar de feodale tradities, hield de president eenmaal per jaar een “Kurultaya”, bijeenkomsten met de lokale bevolking waarop de president het beleid toelicht. Deze “dialoog met de bevolking” neemt de vorm van een massabijeenkomst aan op de centrale pleinen van de steden in het land. Dit jaar had Bakijev heel wat uit te leggen over de prijsstijgingen. Hij moest onder druk van onderuit instemmen met het recht op vrije meningsuiting en hij moest zijn broers uit hun machtsposities ontzetten.
De oppositie besloot om een alternatieve Kurultaya te organiseren. Op deze bijeenkomsten werd een ultimatum gesteld aan de regering: de prijsstijgingen moesten worden ingetrokken, Kyrghyzantel en de elektriciteitssector zouden terug volledig onder overheidscontrole moeten staan en de familieleden van de president zouden uit al hun publieke functies moeten ontzet worden. Ook werd de vrijlating van alle politieke gevangenen geëist. Wij zouden er aan toevoegen dat er moet worden opgekomen voor alle democratische rechten: het recht om vrije onafhankelijke vakbonden op te zetten, het recht om te vergaderen, vrije media onder democratische controle en het bijeenroepen van een vertegenwoordigende vergadering van de volledige bevolking, meer bepaald van de arbeiders, jongeren, studenten, kleine handelaars en de plattelandsbevolking.
Het ultimatum van de oppositie werd op repressie onthaald. Op 6 april werd oppositieleider Bolot Sherniyazoz van de partij “Ata Meken” (Miederland) opgepakt. Hij kon niet deelnemen aan een nieuwe straatmeeting en daarop ontplofte de woede in de stad. Duizenden kwamen samen voor het politiekantoor om de vrijlating van Bolot Sherniyazoz te eisen. De politie gaf snel toe en stelde dat hij enkel was meegenomen voor een verhoor. De vrijlating van Sherniyazoz gaf de actievoerders het gevoel dat de acties toegevingen konden afdwingen en daarop werd naar het kantoor van de regionale gouverneur getrokken met de eis dat hij zich aan de kant van de bevolking zou scharen. De gouverneur kon de betogers daar niet van overtuigen en een groep brak door de politielinies om het kantoor van de gouverneur te bezetten.
Bakijev en zijn aanhangers deden alsof alles onder controle was. De telefooncommunicatie met de stad werd uitgeschakeld, de mobiele telefoonnetwerken werden afgesloten en zelfs het internet was amper bereikbaar. Er werd nationaal bericht dat het protest op succesvolle wijze onder controle was nadat traangas en rubberkogels werden ingezet.
Een correspondent in Bishkek deed ons het verhaal van de acties. Hij stelde dat het stadhuis in brand werd gestoken, net als verschillende politievoertuigen. De lokale luchthaven werd bezet. Tegen de avond van 6 april lag de stad plat door de verschillende barricades die door jongeren werden verdedigd met molotov-cocktails. Onze correspondent wijst er op dat de oproerpolitie recent een nieuwe uitrusting kreeg met geld van de Organisatie van Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE), de organisatie die zou moeten toezien op democratie.
De regering kondigde aan dat de alternatieve meetings die op 7 april zouden plaatsvinden, onwettig waren. De leiders van de “Verenigde Volksbeweging” (een alliantie van de belangrijkste oppositiepartijen) werden opgepakt, in Bishkek alleen werden zeven sleutelfiguren en tientallen activisten vast gehouden.
Er moeten geen illusies zijn over de oppositieleiders. Atambaev, de leider van de “Sociaal Democratische Partij”, was premier onder Bakijev tot 2007. Hij werd berucht wegens het neerslaan van een protestbetoging – Atambaev verweet de betogers dat het “schapen waren die door een geit naar het slagveld werden geleid”. Hij is een van de rijkste inwoners van het land. Het nieuwe hoofd van de regering is Roza Otoenbajeva, voorheen minister van buitenlandse zaken onder Akajev en nadien medestander van Bakijev. Dit soort oppositieleiders is enkel kwaad omdat ze in de machtsstrijd als gevolg van de Tulpenrevolutie niet meer macht toegeschoven kreeg.
De pogingen om het protest in Talas neer te slaan, zijn mislukt en hebben enkel de snelheid waarmee de beweging elders ontwikkelde opgedreven. Er werden regeringsgebouwen bezet in Naryn, Isykkul en Batken. Ook de hoofdstad kende snel een beweging. De afwezigheid van de oppositieleiders zorgde ervoor dat de beweging erg spontaan was, een uitdrukking van de woede onder de bevolking tegen de hogere kosten voor voedsel, huisvesting en tegen de privatisering van de sleutelsectoren van de economie. De repressie heeft de beweging verder aangewakkerd. Het verbieden van de acties, het afsluiten van internetsites, de arrestatie van oppositieleiders,… volstonden niet.
Enkele uittreksels uit ooggetuigenverslagen vanuit Bishkek
- 7 april. 15.11. Duizenden betogen voor het parlementsgebouw. De oproerpolitie kan de betogers niet tegenhouden, de woede is te groot. Betogers nemen politiewagens over. Er wordt geëist dat de president ontslag neemt. Journalist Kirill Stepanyuk, de topman van Stan TV, wordt opgepakt. De mensen zijn bang, maar tegelijk vastberaden: “Eerst Akajev en nu Bakijev. Ze zullen voor het bloed met bloed betalen.”
- 7 april. 16.10 . Er wordt gevochten in Bishkek, de oproerpolitie wordt ontwapend. Die weigerde om te schieten en velen gaven zich over aan de betogers. Betogers rijden rond met politiewagens en met wapens, sommigen hebben Kalashnikovs in de handen. GSM-verkeer is niet meer mogelijk. Er komen ook betogers uit andere regio’s.
- 7 april. 17.03. Dit is oorlog. Vanop het dak van het regeringsgebouw schieten scherpschutters naar de betogers. Ik zie vier doden rond me. We horen net dat Kirill Stanyuk van Stan TV is vrijgelaten.
- 7 april. 17.23. De betogers hebben een sluipschutter gevonden, hij slaagde er net in om te ontsnappen. De rust keert weer. Het gebouw van de televisie wordt bezet. Ook komt er nieuws van acties in andere regio’s. Het aantal betogers neemt toe en alles wordt plat gelegd.
- 7 april. 19.57. Er wordt opnieuw geschoten aan het regeringsgebouw en daarbij vallen heel wat gewonden. De oppositie heeft de macht in handen in drie van de zes regio’s. In de andere regio’s is de noodtoestand uitgeroepen en is er een uitgaansverbod.
- 7 april. 21.20. Nu is de situatie volledig uit de hand gelopen – het regime probeert nog aan de macht vast te klampen maar de familie van Bakijev wordt uit de stad geëvacueerd en staat onder Amerikaanse bescherming op de luchtmachtbasis van Manas. De betogers gaan door en bewapenen zich, het regeringsgebouw ligt onder vuur van de betogers. De regering wil de opstand in bloed doen stoppen, maar dat lukt niet. Politie-agenten en militairen geven het steeds meer op en stappen over naar de kant van de opstand. De Russische televisie heeft het over criminele betogers. Deze beweging heeft veel elementen van sociaal protest: veel betogers eisen de nationalisatie van sleutelsectoren en een andere economische koers. Het regime loopt op haar laatste benen.
- 8 april 01.47. De opstand blijkt succesvol te zijn. Het kantoor van de veiligheidspolitie en een gevangenis werden bestormd. De oppositieleiders werden bevrijd. Het regeringsgebouw is gevallen en er werd een regering van “volksvertrouwen” gevormd. Voormalig parlementsvoorzitter Tekebaev verklaarde op televisie dat de macht in de handen van de bevolking ligt. Een voorlopige regering werd gevormd onder leiding van de sociaal-democrate Roza Otoenbajeva. In bepaalde regio’s waren er plunderingen in Chinese supermarkten en in de huizen van de familie van Bakijev. Kazachstan en Oezbekistan stuurden extra troepen naar de grens, wellicht doet het Chinese regime hetzelfde.
Standpunt van de linkse socialisten in Rusland en Kazachstan
Deze gebeurtenissen zijn het resultaat van de huidige economische crisis en de wanhoop die velen ervaren nadat de vorige Tulpenrevolutie in 2005 niets had opgeleverd. De nieuwe regering zou de intrekking van de prijsstijgingen hebben aangekondigd alsook de hernationalisatie van de goudmijnen en strategische industrieën. Dit maakt duidelijk dat massaal protest de beste wijze is om onze rechten te verdedigen. Maar zonder een socialistisch programma en organisatie die deze rechten op langere termijn verdedigt, kunnen de gebeurtenissen in Kirgizië een nieuwe “kleurenrevolutie” vormen waarbij de revolutionaire energie van de massa’s wordt gebruikt door een andere deel van de kapitalistische klasse om de eigen belangen te verdedigen. De nieuwe regering gebruikt al dezelfde retoriek als in 2005 als het stelt dat het de orde wil herstellen. Dezelfde kliek blijft aan de macht, maar dan zonder Bakijev. De gebeurtenissen van de laatste dagen wordt gebruikt om stoom af te laten.
Het volstaat niet om een president te vervangen door een andere. Het systeem moet worden veranderd. Het kapitalisme moet vervangen worden door een democratisch georganiseerde planeconomie. Dat is het enige alternatief op economische crisis.
Wij roepen op tot het opzetten van een massale linkse partij met een duidelijk programma en een strategie tegen repressie en voor de vrije meningsuiting en vrije organisatievorming, tegen de prijsstijgingen en tegen werkloosheid, voor een massaal programma van investeringen in huisvesting en jobcreatie, voor de nationalisatie van de banksector, de goudmijnen en de sleutelsectoren van de economie onder democratische controle en beheer van de arbeidersklasse. Hiertoe is er nood aan een “kurultaya” van arbeiders en armen en de vorming van een arbeidersregering waarin alle lagen van de arbeidersklasse zijn vertegenwoordigd.