Na verschillende maanden van strijd is de studentenbeweging in Québec tegen de verhoging van de inschrijvingsgelden en tegen de beruchte uitzonderingswet 78 (een wet die het recht op actie en op stakingen drastisch beperkt) uitgegroeid tot een strijd tegen het volledige beleid van de regering van Jean Charest. Deze regering onder leiding van de Parti Libéral du Québec (PLQ, Liberale Partij van Québec) is aan de macht sinds 2003. Hoe zal de strijd nu verdergaan?
De woede benadrukt het klassenbewustzijn
De studentenstrijd van de afgelopen vier maanden ging gepaard met een verhoogd politiek bewustzijn bij een brede laag van de bevolking in Québec. De woede was onderhuids al langer aanwezig en kwam nu aan de oppervlakte. Bij verschillende projecten die de bevolking en het milieu aan de kapitalistische belangen onderwerpen (ontginning van olie, schaliegas,…) waren er massale mobilisaties en werden in de dorpen strijdcomités tegen de komst van de bulldozers opgezet.
De afgelopen twee jaar kwam de regering Charest stelselmatig in het nieuws met corruptieschandalen. De regering zag zich verplicht om een onderzoekscommissie op te zetten over corruptie in de bouwsector. Dat gebeurde nadat bekend werd dat de sector voor illegale partijfinanciering zorgde. Er zijn nauwe banden tussen de elite en maffiose ondernemers.
Maar het was vooral de harde repressie tegenover de studentenbeweging die de inwoners van Québec – zeker niet enkel de studenten – deed radicaliseren. Sinds het begin van de beweging werden ongeveer 3.000 mensen opgepakt. De oproerpolitie trad – doorgaans zonder enige reden – hardhandig op tegen betogingen. Het brute geweld heeft sommige jongeren ertoe aangezet om ook met geweld te reageren. Veel betogers benadrukken dat het optreden van de oproerpolitie erop gericht is om geweld door een deel van de betogers uit te lokken. Als er geen oproerpolitie is, verlopen alle acties vreedzaam. Zelfs de Verenigde Naties heeft kritiek op de uitzonderingswet 78 en het politiegeweld.
Algemene verkiezingen tegen achtergrond van polarisatie
Voor het einde van het jaar moeten er algemene verkiezingen plaatsvinden. De premier kan zelf beslissen wanneer hij verkiezingen uitroept. Charest weet dat hij niet erg populair is. Om beter geplaatst te zijn bij de verkiezingen, probeert hij de bevolking te verdelen. Er is effectief een polarisatie tussen wie de studenten ondersteunt en begrijpt dat de aanval tegen de volledige arbeidersklasse is gericht aan de ene kant, en diegenen die zich tegen dergelijke solidariteit verzetten aan de andere kant. Deze laatste groep wil de dagelijkse routine niet doorbreken. Het is een verkeerde opstelling, maar we moeten er begrip voor hebben. Ook het argument van “respect voor de orde en tegen het geweld van de jongeren” kan een zeker effect hebben onder deze laag van de bevolking.
De reacties van Charest en zijn regering hebben er tegelijk voor gezorgd dat de beweging zich kon consolideren en verankeren onder de bevolking. Een aantal vakbonden en radicalere werknemers hebben de studentenbeweging vervoegd. Bredere lagen van de arbeidersbeweging blijven jammer genoeg van buitenaf naar de beweging toekijken. De weinig strijdbare opstelling van de vakbondsleiding heeft daar zeker een rol in gespeeld; deze leiding probeert de sociale vrede te bewaren door een compromis te zoeken.
Oppositie tegen de PLQ
De belangrijkste oppositiepartij, de Parti Québécois (PQ), was voorheen aan de macht en is niet fundamenteel tegen de maatregelen van Charest gekant. De oppositie van deze partij beperkt zich tot een onhandig opportunisme. Het feit dat de PQ de grootste oppositiepartij is, zal er wellicht toe leiden dat het de verkiezingen wint. Ondanks alle neoliberale standpunten en alle verraad, wordt de PQ door een meerderheid van de bevolking nog steeds als een progressieve partij gezien. Dat verklaart waarom heel wat vakbondscentrales passieve steun aan de PQ verlenen. Er zijn echter steeds meer lokale vakbonden die de banden met de PQ doorknippen om Québec Solidaire (QS), een alliantie van linkse krachten, te ondersteunen.
QS is in 2006 opgericht en haalt in de peilingen ongeveer 10%. Voorheen haalde de partij steeds 3% tot 4%. Nu zou het de vierde partij worden. QS is sterk aanwezig in de strijdbewegingen; het is de enige partij die op iedere studentenbetoging is. QS kan een deel van de woede kanaliseren, maar kampt tegelijk met een gebrek aan oriëntatie naar de arbeidersbeweging. Québec Solidaire zou een politiek verlengstuk kunnen bieden aan de strijdbewegingen van de 99% tegen de 1% en zou daarmee een deel van de laag die vandaag nog kiest voor individuele ‘oplossingen’ kunnen overtuigen.
Zal de Québecaanse lente overzomeren?
De strijd van de afgelopen maanden en de impact daarvan op het bewustzijn van brede lagen van de bevolking is erg belangrijk. Het is een troef om de studentenstrijd te laten overzomeren. De beweging heeft de afgelopen vier maanden getuigd van een grote creativiteit bij het mobiliseren van de studenten. Dat zal ook in de zomer het geval zijn.
Daarbij zal de beweging zich sterker op de arbeidersbeweging moeten richten. Zelfs indien de georganiseerde arbeidersbeweging de stakende studenten officieel steunt, blijkt dat onvoldoende bij de reële mobilisaties. Een sterkere alliantie zou de studentenbeweging in een betere positie plaatsen en zou ook aanleiding kunnen geven voor een bredere antibesparingsbeweging. Een algemene nationale staking van studenten en werkenden zou een stap in de richting van een overwinning vormen.
> www.alternativesocialiste.org