Vlak na de ramp in 1986 werd in heel wat landen onder druk van de bevolking gepraat over de afbouw van de nucleaire sector. De stijgende olieprijzen van de afgelopen maanden zorgden voor een tendens in de andere richting. Fukushima toont evenwel aan dat de ramp in Tsjernobyl geen alleenstaand gegeven was en dat kernenergie, ondanks alle veiligheidsmaatregelen, nog steeds niet volkomen veilig is.
De gevolgen van de ramp in Tsjernobyl zijn nog steeds voelbaar. Uit een studie van Russische wetenschappers, gepubliceerd door Greenpeace in 2006, blijkt dat in een aantal regio’s van Wit-Rusland (het land dat het hardste werd getroffen door de nucleaire neerslag na Tsjernobyl) het aantal kankers in de periode 1990-2000 met 40% is toegenomen. De grootste stijging was er in de regio Gomel (52%), waar er ook het meeste nucleaire neerslag was. De stijging was beperkter waar er minder neerslag was geweest. (hier kan je het volledige rapport nalezen).
Volgens de onderzoekers die dit rapport opstelden, en daarbij heel wat tegenkantingen van het politieke establishment en de kernlobby moesten trotseren, stierven er in de 20 jaar na de ramp maar liefst 200.000 mensen als gevolg van Tsjernobyl. .