“Het is geen vijf voor twaalf, het is al tien na twaalf”. Dat stelde Luc De Lentacker van LBC naar aanleiding van de betoging voor meer middelen eind maart in Leuven. Hij had het niet over het feit dat de studenten dringend de examens moeten beginnen voor te bereiden, maar wel over het tekort aan middelen. “De onderfinanciering van het hoger onderwijs en het onderzoek is al meer dan tien jaar aan de gang.”
Het aantal studenten aan de Vlaamse universiteiten is de afgelopen vijf jaar toegenomen van 59.000 tot 73.000. Sinds begin jaren 1990 nam het aantal studenten in het hoger onderwijs toe van 140.000 tot 200.000. De infrastructuur en de middelen zijn de groei niet gevolgd. De beloofde verhoging met 10% van de middelen voor het hoger onderwijs in Vlaanderen wordt wegens de crisis op de lange baan geschoven.
De overheid investeert niet in onderwijs. Integendeel, de middelen nemen al jarenlang af. Waar begin jaren 1980 nog 7% van het bbp aan onderwijs werd besteed, is dat verminderd tot 4,5%. Er wordt steeds meer naar de private sector gekeken om de gaten te vullen. Maar dat gebeurt uiteraard enkel waar en wanneer het voor die private sector interessant is. En dat met een duidelijk doel: winst maken.
Tekorten zijn er genoeg. Op het vlak van wetenschappelijk onderzoek ligt de nadruk veel meer op onderzoek dat onmiddellijk opbrengt voor wie er in investeert. Geleidelijk aan moeten verschillende groepen studenten meer inschrijvingsgeld betalen. Sociale diensten zoals studentenrestaurants zijn niet aangepast en het ontbreekt ook aan personeel om studenten voldoende individueel te kunnen begeleiden bij hun studies. Het tekort aan huisvesting voor studenten is erg groot, wat de prijzen de hoogte injaagt en de kwaliteit niet ten goede komt. Een groeiend aantal studenten gaat niet op kot, maar wel op krot.
In Gent bijvoorbeeld voorziet de associatie van de unief en de hogescholen slechts huisvesting voor 2.000 van de 24.000 kotstudenten. De rest moet naar de privé-markt, waar de gemiddelde prijs is opgelopen tot 262 euro per maand. De bouw van 650 nieuwe kamers op de Kantienberg gebeurt via publiek-private samenwerking (PPS) – de studenten zullen de private investeerders de nodige winst moeten opleveren met een huurprijs van minstens 325 euro per maand!
Er is dringend nood aan meer publieke middelen voor het onderwijs. Het budget opnieuw optrekken tot het niveau van begin jaren 1980 zou een goed begin zijn. Deze eis stond centraal op de Leuvense betoging van 23 maart die werd gesteund door onder meer LBC KULeuven, ACOD-VUB en de Actief Linkse Studenten. De sterkte van deze betoging bestond uit de duidelijke eisen en de eenheid van personeel en studenten. Met 500 aanwezigen was er ook een goede opkomst. Een dag later was er op het initiatief van het Franstalige FEF in Brussel een betoging met een 1.000-tal aanwezigen. Ook hier was de roep naar meer middelen voor onderwijs prominent aanwezig.
Aan de Gentse universiteit namen de Actief Linkse Studenten deel aan de studentenverkiezingen om de strijd voor meer middelen op de agenda te zetten. We haalden geen verkozenen, maar tegen de achtergrond van apolitieke verkiezingen haalden we toch meer dan 400 bewuste stemmen. Daar zullen we verder op bouwen in onze campagnes tegen de commercialisering van het hoger onderwijs en tegen de afbouw van de elementen van democratisering die aanwezig waren. Tien jaar na de Bologna-verklaring is de concurrentie- en winstlogica al ver opgerukt in het hoger onderwijs.
Hoog tijd voor een strijdbaar antwoord!
- Onmiddellijk invoeren van beloofde budgetverhoging (10%) voor hoger onderwijs.
- Voldoende personeel, met degelijke loon- en arbeids- voorwaarden.
- Gratis en degelijk onderwijs
- Terug naar 7% van het BBP voor onderwijs, waarvan 2% voor hoger onderwijs.