Naar een toestroom van Nederlandse studenten?

In België blijven door het gebrek aan een volwaardige regering grote besparingsrondes in de onderwijssector voorlopig uit. Wanneer we over de grens kijken, zien we echter wat ook ons binnenkort te wachten staat. Overal in Europa wordt geprobeerd om studenten mee te laten betalen voor de crisis. In het Verenigd Koninkrijk werd eind vorig jaar bijvoorbeeld beslist om de inschrijvingsgelden voor het hoger onderwijs te verdrievoudigen.

 

Ook in Nederland blijven de aanvallen niet uit. Reeds onder Balkenende werden de eerste stappen naar een verdere elitarisering van het hoger onderwijs gezet: er werd een hervorming van het bestaande subsidiëringssysteem naar een leensysteem doorgevoerd, waardoor jongeren meer en meer met Angelsaksische toestanden te maken krijgen en bijgevolg jarenlang leningen moeten afbetalen.

Het nieuwe kabinet-Rutte lijkt vastbesloten om deze besparingspolitiek voort te zetten. Reeds in oktober 2010 werd een eerste voorstel gelanceerd voor de zogenaamde “langstudeerboete”: studenten die meer dan één jaar extra nodig hebben om hun studies te voltooien, moeten per extra jaar €6.000 betalen (€3.000 door de student zelf en €3.000 door de onderwijsinstelling). Op deze manier wordt het de gemiddelde student quasi onmogelijk gemaakt om zich naast zijn studies nog op andere vlakken te ontplooien, zoals binnen een studentenvereniging. Een dergelijke maatregel treft in de eerste plaats de zwaksten in de maatschappij: werkstudenten, jongeren met een taalachterstand,…

Niet alleen het Nederlandse onderwijssysteem komt onder deze neoliberale besparingslogica steeds meer onder druk te staan, ook voor het Vlaamse onderwijs heeft dit gevolgen. Steeds meer Nederlandse jongeren wijken door de stijgende studiekosten in eigen land uit naar Vlaanderen, waar studeren nog min of meer betaalbaar is. In België bedraagt het jaarlijkse inschrijvingsgeld voor het hoger onderwijs €570, in Nederland is dit al €1.500.

In tegenstelling tot de traditionele partijen, keert ALS zich niet tegen de Nederlandse studenten die hier willen studeren. Iedereen heeft het recht om te studeren waar hij of zij dat wil. Het probleem zit niet bij de Nederlandse studenten, maar bij het onderwijsbeleid doorheen Europa. We moeten gezamenlijk de strijd aangaan voor meer publieke middelen voor onderwijs. In ons land wordt daartoe de eis van 7% van het bbp voor onderwijs gebruikt (dat was het percentage dat begin jaren 1980 aan onderwijs werd besteed, intussen is het gedaald tot minder dan 5% van het bbp).

De besparingen in het buitenland tonen niet alleen het asociale karakter van de Europese regeringen aan, maar ook de enorme bereidwilligheid van jongeren om op straat te komen en hun ongenoegen te uiten over de huidige politiek. Op 21 januari kwamen in Den Haag 15.000 jongeren samen met de eis tot onmiddellijke terugschroeving van de hervormingen. In Londen trokken op 11 november meer dan 50.000 studenten door de straten. Bij beide manifestaties hebben de linkse socialisten van onze zusterorganisaties een actieve rol gespeeld, ook in België willen we voorbereid zijn op de strijd die onvermijdelijk zal komen.

  • Meer publieke middelen voor onderwijs! 7% van het bbp voor onderwijs!
  • Gratis en degelijk onderwijs voor iedereen!
  • Neen aan het Bologna-proces: geen hervormingen waarbij lessen worden geschrapt, geen opmars van de private sector in het wetenschappelijk onderzoek op onze campussen!
  • Stop de privatiseringen van sociale diensten, restaurants en huisvesting!
  • Voor publieke investeringen in degelijke en goedkope maaltijden en in betaalbare studentenkoten!
  • Gratis toegang tot cultuur en openbaar vervoer!