Om kinderen naar school te sturen, kan je best sparen. Goedkoop is het immers niet. Een jaar kleuteronderwijs kost al gauw 300 euro, tegen het einde van het middelbaar loopt dat op tot 1300 à 1500 euro per jaar. Dat is nog zonder de buitenschoolse kosten die steeds meer noodzakelijk zijn, denk maar aan een computer met internet en een printer. De weigering om meer publieke middelen vrij te maken gekoppeld aan het aanhoudende besparingsbeleid versterken de groeiende onbetaalbaarheid van het studeren.
Het is onmogelijk om een overzicht van alle tekorten te bieden. De problemen die er de afgelopen jaren waren om alle kinderen ingeschreven te krijgen, zijn er een tekenende uitdrukking van. Er moeten heel wat kunstgrepen, onder meer met containerklassen, uitgehaald worden om iedereen een plaats op school aan te bieden. De infrastructuur ligt er vaak belabberd bij. Toen de Vlaamse regering begin dit jaar aankondigde dat 39 miljoen euro extra werd uitgetrokken, gebeurt dat in een kader waarin enkel het Gemeenschapsonderwijs al 2 miljard euro nodig heeft voor de renovatie van bestaande scholen.
Op het vlak van personeel is er de afgelopen jaren een sterke toename van de werkdruk geweest, onder meer op het vlak van administratie. Dit zal de komende jaren ongetwijfeld verder toenemen. De toename van het aantal kinderen in het lager onderwijs gebeurde zonder dat de overheden voorbereidingen troffen met tekorten aan infrastructuur en grotere klassen als resultaat. Als deze generatie straks doorgroeit naar het middelbaar onderwijs, zal zich ook daar een gelijkaardige situatie voordoen.
De weigering om meer publieke middelen aan onderwijs toe te kennen, leidt tot tekorten op vlak van infrastructuur, personeel en mogelijkheden om iets te doen aan de oplopende studiekosten. Vlaams minister Smet (SP.a) wil het secundair onderwijs hervormen, maar zonder extra middelen. De belangrijkste hervorming waar personeel en scholieren nood aan hebben, is nochtans net een uitbreiding van de publieke middelen.
Besparingen maken het erger
De penibele situatie wordt versterkt door maatregelen van de verschillende regeringen. Zo besliste de federale regering om de schoolpremie te verlagen. Deze schoolpremie volstond al totaal niet om aan de schoolkosten tegemoet te komen. Maar nu wordt zelfs dit aalmoes afgebouwd. Hieronder vind je de cijfers.
Bovendien wordt de kinderbijslag van wie in of voor 1991 is geboren verminderd. Wie ouder is dan 22 jaar kreeg voorheen 123,99 euro kinderbijslag per maand. Dat bedrag wordt verminderd tot 117,88 euro per maand. Deze maatregel is een van de vele ‘kleine’ besparingen uit het begrotingsakkoord. Samen met de verlaagde schoolpremie verliest een 22-jarige dit jaar een goede 80 euro en volgend jaar loopt dat op tot bijna 100 euro.
Meer publieke middelen nodig!
Voor het hoger onderwijs stelde de academicus Frank Vandenbroucke dat er nood is aan meer publieke middelen. Die zijn de afgelopen jaren achtergebleven, de politicus Frank Vandenbroucke speelde daar overigens een belangrijke rol in. De vaststelling klopt: er moeten meer publieke middelen komen.
Om kwaliteitsvol onderwijs aan te bieden, is er nood aan degelijke infrastructuur en voldoende personeel. Om het onderwijs toegankelijk te maken, moeten de schoolkosten drastisch naar beneden. Dit zullen we niet zomaar gedaan krijgen, we zullen het door strijd moeten afdwingen. Personeel, ouders en jongeren moeten aan hetzelfde zeel trekken en tegenover de jarenlange onderfinanciering meer middelen eisen.