Steeds meer studenten afhankelijk van job of leefloon. Voor een studentenloon!

Ondanks alle moeilijkheden in coronatijden, besliste de Franstalige minister van Onderwijs Valérie Glatigny (MR) dat ze tegen 2021 de geplande hervorming van het hoger onderwijs wil doorvoeren. Studenten zullen hierdoor na twee jaar voor alle vakken van het eerste jaar moeten slagen en na vijf jaar voor de volledige bacheloropleiding. Wie daar niet in slaagt, mag niet verder studeren.

door Ophélie (Brussel)

Mislukken is geen kwestie van keuze

Het achterliggende idee is “voorkomen dat studenten te veel studiepunten van het ene naar het andere jaar overdragen zonder dat ze de gevolgen van hun keuze volledig begrijpen, en uiteindelijk een rugzak vol studiepunten hebben waar ze niets mee zijn”. De boodschap is dat je pas slaagt als dat het geval is voor alle 60 studiepunten.

De afgelopen jaren was er inderdaad een toename van de studieduur. Voor 2014 werkte 18% van de studenten hun bachelor af in de voorziene tijdsduur, nadien daalde dit tot 11%. Het aantal studenten dat niet slaagt neemt toe. Sinds 2014 is er daarnaast een forse verhoging van de kostprijs om te studeren: het inschrijvingsgeld steeg met 50% in Vlaanderen en voor buitenlandse studenten aan Franstalige universiteiten was er zelfs een verdriedubbeling.

Tegelijk was er een flexibilisering van het studentenwerk. Sinds 2012 is er een systeem waardoor studenten deeltijds kunnen werken. Sinds 2017 wordt er bij studentenwerk naar het aantal gewerkte uren gekeken en niet naar het aantal dagen, waardoor studenten meer en flexibeler kunnen werken aan voor de bazen goedkopere tarieven. Nu mogen studenten 475 uur per jaar werken, bijna een derde van een voltijdse job. Een studie van Randstad gaf aan dat 84% van de studenten een job heeft.

Uiteraard werken studenten niet alleen om hun studies te betalen. De totale prijs van wat het kost om jong te zijn, blijft stijgen. De stijging gaat veel sneller dan de indexatie van de lonen van onze ouders. Dat de berekeningswijze voor de toegang tot studiebeurzen is gewijzigd doet er ook al geen goed aan. Studenten die naar het OCMW trekken, worden daar aangemoedigd om een job te zoeken.

Studeren en werken tegelijk legt de lat wel heel hoog. Er waren nog nooit zoveel studenten afhankelijk van een job of van een leefloon van het OCMW. In het schooljaar 2018-19 kregen in Vlaanderen 1.872 studenten een leefloon, een stijging met 12% op een jaar tijd! De Franstalige studentenkoepel FEF merkte op dat slaagkansen vaak bepaald worden “door sociaaleconomische achtergrond, culturele bagage en schoolverleden”. Het gebrek aan middelen voor het hoger onderwijs versterkt de reeds bestaande ongelijkheden, in het bijzonder voor wie het niet breed heeft.

De negatieve impact van studentenjobs

Er werken niet alleen meer studenten, ook het aantal uren dat ze werken stijgt snel. In 2018 werkten ze gemiddeld 180 uur, een stijging met 9% op een jaar tijd. Het aantal studenten dat het hele jaar door werkt en niet alleen in de zomer steeg van 12% in 2012 naar 23% in 2018. Voor veel studenten is het geen bron van zakgeld, maar een manier om hun studies en leven te financieren. Heel wat van die studenten moeten zelfs tijdens de examenperiode werken.

Het is gemakkelijk voor de minister om de slaagcijfers als een individuele keuze voor te stellen. Uiteraard verliezen studenten die moeten werken een aanzienlijke hoeveelheid studietijd en missen ze soms lessen omdat die samenvallen met werkuren. Studenten met een job gedurende het jaar hebben veel minder kans om te slagen. De studies over een langere duur spreiden, is dan een optie. Nu wil de minister ook die mogelijkheid aan banden leggen. De vraag die eigenlijk moet gesteld worden is of het normaal is dat studenten moeten werken om te kunnen studeren.

Overigens zet studentenarbeid een algemene neerwaartse druk op de lonen. In 2018 werkte een jobstudent gemiddeld 180 uur voor een gemiddeld loon van 2.139 euro bruto (waar enkel 2,71% solidariteitsbijdrage afgaat). Dat komt neer op nog geen 12 euro per uur. Waarom zouden bazen iemand aan een degelijk loon aanwerven als er goedkope jobstudenten beschikbaar zijn?

Als er minder studenten slagen, is dat geen individuele keuze. Het is een bewust beleid dat bedrijven aanmoedigt om studenten als goedkope arbeidskrachten te gebruiken. Het is niet de schuld van de studenten dat ze werk zoeken: ze hebben geld nodig. In de gezondheidscrisis staan veel van die jobs onder druk, wat de stress en de problemen voor jongeren opvoert. Alsof studenten al niet genoeg zorgen hebben met hun studies. In plaats van een sanctionerend systeem van kredietpunten en andere belemmeringen, moet er geïnvesteerd worden in gratis onderwijs en meer begeleiding. Opdat studenten zich volledig op hun studies kunnen concentreren, is er nood aan een studentenloon. We moeten ons organiseren tegen dit systeem waarin onzekerheid de norm is!