Terwijl sommigen ons een economisch herstel voorspiegelen, ziet de toekomst er voor veel werkenden niet zo rooskleurig uit. Zeker voor jongeren is dat geval. De gegevens van Eurostat tonen aan dat er momenteel 5 miljoen werkloze jongeren zijn in de Eurozone. Terwijl de gemiddelde werkloosheidsgraad 8,8% bedraagt, is dat voor 15-24 jarigen maar liefst 18,3%. En dat cijfer zal ongetwijfeld verder oplopen.
De studie van Eurostat bevestigt dat de werkloosheid toeneemt en zeker onder jongeren veel slachtoffers maakt. België blijft uiteraard niet gespaard. De OESO had het in een rapport over een toename van het aantal werklozen in ons land met 220.000 tegen 2010. Hoeveel van die extra werklozen zullen jongeren zijn? Als we kijken naar de actuele situatie kunnen we ons daar reeds een beeld van vormen.
De Vlaamse werkloosheid lag in augustus gemiddeld 21,3% hoger dan een jaar geleden. De jongerenwerkloosheid steeg op jaarbasis met maar liefst 40%! In Wallonië nam het aantal jongeren in wachttijd toe met 18,6% op jaarbasis. Het aantal jonge werklozen in Brussel lag in augustus 5,4% hoger dan in juli, van de 100.000 Brusselse werklozen zijn er nu ruim 15.000 jongeren. Het wordt er ook niet makkelijker op om werk te vinden. Bij wijze van voorbeeld: in de zomer van 2009 waren er in ons land in vergelijking met een jaar geleden 12% minder jobaanbiedingen op het internet.
Jongeren die wel werk vinden, komen vaak terecht in tijdelijke jobs, deeltijds werk, interimarbeid,… Daar vallen meestal de eerste slachtoffers als het economisch wat slechter gaat. Het ABVV wees er op dat het aantal gepresteerde interimuren met 24% afnam in het eerste kwartaal van 2009. In Frankrijk en Duitsland was de daling nog groter en verdween een derde van de interimuren!
Arbeiders met een onzeker contract kennen een grote werkdruk. Ze kunnen op ieder ogenblik hun job kwijtspelen. De werkdruk en het gebrek aan opleiding leidt tot een toename van het aantal arbeidsongevallen. Volgens het Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk lopen jonge arbeiders dubbel zo veel risico op een arbeidsongeval. Dat is niet meteen een aangenaam vooruitzicht.
We mogen ons niet zomaar neerleggen bij deze vaststellingen, we moeten er iets aan doen. Daarbij kunnen we enkel op onszelf rekenen. Een echt programma voor werk gaat in tegen wat de traditionele partijen voorstellen en hun logica die ervan uitgaat dat het patronaat de welvaart creëert. Het zijn nochtans de arbeiders die alle welvaart produceren. Wij pleiten voor een algemene arbeidsduurvermindering tot 32 uur per week zonder loonsverlies en met bijkomende aanwervingen. We verzetten ons ook tegen iedere verdere aanval op het brugpensioen. Om dit te financieren, moeten we de middelen zoeken waar ze zitten: in de zakken van de grote bedrijven en grote aandeelhouders.
Hiertoe zal strijd nodig zijn. Het zou daartoe nuttig zijn om het idee van jongerenmarsen voor werk opnieuw op de agenda te zetten. Eerder waren er in 2005, 1993, 1984 en 1982 jongerenmarsen voor werk. Door comités en lokale acties op te zetten, kunnen we de kwestie van werk en de nood van strijd vanuit de arbeidersbeweging op de agenda zetten. Werk daaraan mee. Laat ons lokale comités opzetten om een aantal strijdbare eisen te populariseren en een campagne op te bouwen naar een jongerenmars voor werk.